Economie, concurrentie en politiek: de grote uitdagingen volgens de speakers van de Gala Night
Drie sprekers zorgden op de Gala Night van Gondola voor verbaal en ander vuurwerk. Bruno Colmant had het over een nieuw economisch tijdperk, Ton van Veen had het over de plannen van Jumbo en Marc Descheemaecker over de pijnlijke tekortkomingen van de Belgische politiek.
“Geen enkele economische theorie uit het verleden lijkt vandaag nog van toepassing”, zei econoom Bruno Colmant voor een publiek van 200 beslissingnemers uit de distributiesector. Tien jaar na de economische crisis knoopt de wereldwijde economie terug aan met groei, maar ondanks die groei en de lage werkloosheidscijfers blijft de inflatie laag. “Het is in tegenspraak met alle economische wetten”, aldus Colmant. “Na de babyboom, tussen 1945 en 1963, krijgen we nu te maken met een papy boom, die zich zal uitstrekken tussen 2010 en 2048. “We leven langer dan vroeger en dus zijn er meer bejaarden. We stellen vast dat zij de neiging hebben om meer te sparen en minder te consumeren, om eventuele tegenslagen op te vangen.” Andere factoren die de inflatie afremmen hebben te maken met technologie. “De komst van het tijdperk van de artificiële intelligentie zal bijdragen dat de creatie van welvaart. Die evolutie zal onvermijdelijk jobs vernietigen en een totaal andere dynamiek op gang brengen. In het verleden werd iedereen betaald voor de arbeid die hij verrichte, fysiek of intellectueel. Robots en andere vormen van artificiële intelligentie nemen voor een stuk die taken over en veroorzaken zo deflatie. Dit legt mee uit waarom een tijdperk van lage werkloosheid niet zorgt voor een verhoging van de lonen. De technologische revolutie zorgt voor een beperking van de inflatie. Het zorgt voor economische vooruitzichten die op hun kop gezet worden en het is niet verbazend dat er steeds meer stemmen opgaan die pleiten voor een universeel basisinkomen. Bruno Colmant vindt vooral dat de evolutie geen aanleiding moet zijn voor een alarmistische of defaitistische boodschap, maar wel voor een aanmoediging om zich bewust te zijn van de uitdagingen waar we voor staan. Alleen op die manier kunnen we er op de juiste manier op reageren, aldus de econoom.
Ton van Veen dan, CFO van Jumbo. Wie dacht dat hij meer zou vertellen over de komst van de Nederlandse supermarktketen naar België, had het bij het verkeerde eind. Hij maakte wel duidelijk waar Jumbo voor staat, waarom de keten in Nederland zo populair is en waarom Jumbo de horecaketen La Place overnam. “Voedselconsumptie bestaat niet meer uit drie maaltijden per dag thuis, zoals vroeger. Het kan vandaag overal: onderweg, op het station, tijdens het winkelen. Je kan het terplekke opeten of kant en klaar meenemen. We hebben het vandaag over de ‘share of stomach’: welk deel van de maag hebben we? We bieden klanten verschillende mogelijkheden aan: make it, take it or eat it. Je ziet ook dat de grenzen tussen food en non-foodwinkels vervagen. Ook die laatste bieden food aan.”
De winkel is veel minder dan vroeger een logistiek knooppunt waar mensen een groot deel van hun boodschappen doen, vervolgde de topman van Jumbo. “Fysieke winkels spelen een andere rol: ze moeten beleving en inspiratie aanbieden. Het is veel meer dan het doorschuiven van producten naar de consument. Je hebt de digitalisering en de e-commerce die voor grote verandering zorgen. De blurring van verschillende kanalen en de input van technologie zorgt voor een totaal ander speelveld. En in de toekomst zal zich dat alleen maar verder doorzetten. Daarom gaan we ook samenwerken met Facebook en Google.”
Na Ton van Veen nam Marc Descheemaecker, voorzitter van de raad van bestuur bij Brussels Airport en van De Lijn, het woord. Hij had het over de invloed van de Belgische politiek op de retailsector. Hij hekelde de politieke besluitvorming en kreeg de lachers op zijn hand toen hij zei dat wanneer je alle mobiliteitsverantwoordelijken in ons land op de weg zet, je een file krijgt. Een boutade, maar hij maakte er een punt mee: de politiek in België is zo gefragmenteerd dat het bijna onmogelijk is om een lange termijnpolitiek te voeren. Hij maakte de vergelijking met Nederland, waar overheidsinstellingen lange termijnplannen opstellen waarvan de uitvoering door de opeenvolgende regeringen begeleid wordt.
Een groot verschil met ons land, aldus Descheemaecker, waar opeenvolgende regeringen de plannen maken en waar ministers – vaak met enorme kabinetten - de besluitvorming bepalen. Het zorgt ervoor dat het Belgische beleid altijd gefragmenteerd is en vooal achter de feiten aanholt, aldus Descheemaecker. Op die manier heeft Nederland de slag op het vlak van e-commerce gewonnen ten nadele van ons land. “Alle distributiecentra bevinden zich net over de grens, in Nederland.” Het heeft nog een ander gevolg: het zorgt voor compromissen waar niemand mee opschiet en waarmee een echt, coherent beleid gedwarsboomd wordt.