Colruyt Group ziet de werkomstandigheden bij zijn leveranciers in risicolanden geleidelijk aan verbeteren. Dat zegt de retailer naar aanleiding van controles bij 582 non-foodfabrieken, landbouw- en voedingsbedrijven, vooral in China en Zuidoost-Azië. Toch werden ook 25 producenten aan de deur gezet.

In 2016 liet Colruyt Group onafhankelijke bureaus audits uitvoeren bij 154 leveranciers, een investering van ruim 200.000 euro. Daarnaast kreeg de groep auditverslagen van andere retailers, wat het aantal gecontroleerde leveranciers op 582 brengt. Bij zowat 95% (of 10 procentpunt meer dan in 2015) werden de werkomstandigheden gemiddeld bevonden en waren er kleine tot grote verbeteringen noodzakelijk. Zij kregen een verbeterplan en worden naargelang de ernst van de gebreken na 3 tot 24 maanden opnieuw gecontroleerd. De groep beëindigde de samenwerking met 25 producenten die een audit weigerden of slecht scoorden en niet bereid waren om in te grijpen. 

 

Traditioneel werden de meeste inbreuken vastgesteld in domeinen als werkuren, verloning, veiligheid en gezondheid. Colruyt Group merkt wel dat volgehouden controles de werkomstandigheden effectief ten goede komen. “Als we na een eerste audit opnieuw controleren, stellen we doorgaans verbetering vast. En bij de tweejaarlijkse re-audit die alle leveranciers sowieso krijgen, zien we dat de werkomstandigheden meestal op niveau blijven. Er zijn wel grote verschillen tussen bedrijven onderling en tussen food en non-food. De non-foodleveranciers scoren gemiddeld vrij goed, ook doordat we hen al 14 jaar controleren”, zegt Daniel Bral. Het gaat vooral om Chinese fabrikanten van speelgoed, sportartikelen, tuinartikelen, papierwaren en multimedia. 

Food 

In de voedingssector waren de omstandigheden gemiddeld minder goed. Daniel Bral: “Logisch, aangezien we daar pas in 2013, en als een van de eerste gestart zijn met controles, vooral van bedrijven die ingeblikte, ingevroren of gepasteuriseerde voeding produceren.” In 2017 gaat de prioriteit naar leveranciers van vers fruit en groenten, waar de toeleveringsketens vaak complexer zijn. “Om de arbeidsomstandigheden bij de telers zelf te verbeteren, zijn we nu bezig met alle ketens in kaart te brengen, om daarna audits op te starten. We gaan daarbij uit van het watervalprincipe: elke schakel in de keten heeft de verantwoordelijkheid om toe te zien op de omstandigheden bij zijn toeleveranciers”, zegt Bral.  

 

Internationale samenwerking 

Om nog meer impact te hebben, werkt Colruyt samen met de internationale vereniging BSCI (Business Social Compliance Initiative), die meer dan 1.900 leden telt. Sinds begin 2017 laat de groep enkel nog audits uitvoeren volgens de BSCI-methodologie, bij fabrikanten in China en Zuidoost-Azië veruit de meest bekende.

Daniel Bral: “Als BSCI-lid kunnen we bovendien de auditverslagen van alle leden inkijken. Een leverancier die eerder al aanvaardbaar scoorde, hoeft van ons geen tweede audit te krijgen. Zo kunnen we onze tijd en middelen efficiënter besteden. We zetten onze leveranciers ook aan om via de organisatie gratis trainingen te volgen rond veiligheid, verloning, werktijden, productieplanning enz. Dat werkt, want een combinatie van sociale verbeteringen met een productiviteitsstijging komt zowel de producent als de werknemers ten goede.”