Op tien jaar tijd kwamen er in ons land vierduizend horecazaken bij. Met name koffiebars en restaurants doen het goed, vooral bij jongeren. In Nederland spreken ze over de ‘ontkoking’ bij jongeren. 

België, restaurantland. Horeca is één van de snelst groeiende sectoren in ons land. In tien jaar tijd zijn er in ons land meer dan 4.000 horecazaken bijgekomen, van 22.575 eind 2013 tot 26.748 eind 2023. Dat blijkt uit cijfers die HR-dienstverlener SD Worx opvroeg bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Uit cijfers van Statbel blijkt dat we ook meer spenderen in de horeca. Tussen 2012 en 2022 kregen huishoudens door inflatie en economische groei 21,7% meer te besteden, maar de uitgaven in horeca stegen met 45,4%. Gemiddeld ging 7% van het huishoudbudget naar horeca, in Vlaanderen was het zelfs 7,6%, laten de cijfers van Statbel zien. Het gemiddelde budget ging van 2.351 euro in 2018 naar 2828 euro in 2.022. Op Feeding The Future eerder dit jaar gaf Olivier Minne van Foodservice Alliance al aan dat er een generatiekloof is bij horecaconsumptie. Bij generatie Z en millennials doet 20% wekelijks een restaurantbezoek, bij boomers is dat slechts 6%. In Nederland wordt dit in dat verband al langer gesproken van de ontkoking van jongeren. Ze koken minder, onder meer door het grotere aanbod aan maaltijden die aan huis geleverd worden.