Aardappelen zijn sterk verweven met onze eetcultuur en blijven dan ook de belangrijkste maaltijdbegeleider voor de Vlaming. De meeste aardappelen kopen we in DIS 1, goed voor 40% van het aardappelvolume. Daarnaast ging VLAM via verschillende onderzoeken na waar de consument op let tijdens de aankoop van aardappelen. Zo blijkt dat de verschuiving naar kleinere verpakkingen zich doorzet, terwijl ook de diversificatie van de variëteiten en de sterkere voorkeur voor aardappelen van Belgische origine opvallen.

Aardappel op één in de Vlaamse keuken

Met een gemiddelde eetfrequentie van 3,7 keer per week, waarvan 3,0 keer niet-gefrituurd en 0,7 keer gefrituurd, blijft de aardappel de meest geconsumeerde maaltijdbegeleider. Pasta komt 1,1 keer per week op het bord, rijst 0,6 keer en wraps, quinoa, bulgur en couscous elk 0,1 keer. 1 keer per week eet men een maaltijd zonder deze maaltijdbegeleiders. De eetfrequentie van aardappelen ligt wel een heel stuk hoger bij 55-plussers dan bij 18- tot 34-jaringen. Zo eten jonge alleenstaanden nog slechts 2,4 keer per week aardappelen. Zij eten in verhouding tot andere bevolkingsgroepen wat vaker pasta, wraps en maaltijden zonder maaltijdbegeleider, maar ook bij hen staat de aardappel nog wel op één qua eetfrequentie. We blijven vaak aardappelen eten omdat we ze lekker, voedzaam en veelzijdig vinden. Bovendien horen ze onlosmakelijk samen met onze basiskeuken waardoor aardappelen koken en eten sterk in onze routine en gewoontes zit. We vinden ze ook niet duur, makkelijk te bereiden en puur/natuurlijk.