Olaf Koch, CEO van Metro Group, vertelde in een interview met L’Echo over de uitdagingen waar Makro België mee heeft af te rekenen. Een overzicht van de belangrijkste feiten...
Makro heeft nooit verborgen dat het moeilijkheden had. Toen het in juni 2018 zijn nieuwe relanceplan voorstelde, zei CEO Vincent Nolf dat de winkelketen op de intensive care beland was. En met een openheid die hem tot eer strekt, gaf hij er de cijfers bij die die uitspraak rechtvaardigen. Hij zei er ook bij dat 2019 het beslissende jaar zou worden. Het doel is namelijk om 45.000 nieuwe klanten te bereiken.
De CEO van Metro, Olaf Koch, is even openhartig tijdens zijn interview met L’Echo. Afgelopen week kondigden we nog aan dat de groep opnieuw 40 miljoen euro pompte in zijn Belgische vestigingen, waardoor de totale kapitaalinjectie die sinds 2015 systematisch is doorgevoerd op 320 miljoen euro afklokt.
“We hebben erg moeilijke tijden gekend in België. Daar hebben we 2 merken: Makro en Metro. Hoewel Metro, dat zich richt op horeca-activiteiten, nog erg bescheiden is, draait het wel goed. Makro daarentegen verkeert nog in een moeilijke periode met grote uitdagingen. We volgen de situatie dan ook nauwgezet op”, vertelt Olaf Koch aan L’Echo, terwijl hij verwijst naar het werk dat de groep al verrichte om de twee bedrijven te heroriënteren.
“Makro België is een van de weinige vestigingen van onze groep die verlies draait. (…) Over het algemeen zijn we ervan overtuigd dat we een model voor de groothandel kunnen ontwikkelen. Maar we moeten alle mogelijkheden in overweging nemen”, vervolgt hij, terwijl hij eraan toevoegt dat ook een mogelijke verkoop bestudeert wordt. “Aan de andere kant moeten we altijd zeer aandacht onze kansen op succes of mislukking opvolgen.”
Olaf Koch benadrukt ook dat Makro een sterk merk is en dat de vestigingen in Tsjechië, Polen en Spanje het erg goed doen. Hij bekent dat er enkele problemen zijn in België, maar onderstreept ook de goede reputatie van het merk. L’Echo vroeg dan ook of Olaf Koch nog gelooft in het succes van merk: “Je moet nooit nooit zeggen. Maar ik moet eerlijk zijn, de huidige situatie vormt een uitdaging.” Zonder een ultimatum te geven, onderzoekt de groep nog steeds het portefeuillebeheer van de verschillende landen.
Voor Olaf Koch is de hypermarkt niet dood, het moet gewoon aangepast worden aan de noden van de markt. Een model dat werkt in Duitsland is niet automatisch een succes in België, vertelt hij. De gewoontes zijn verschillend en dat moet je respecteren, klinkt het. “Ik ben er zeker van dat de groothandel een 100% lokale activiteit is. Als we bijvoorbeeld de Spaanse en de Portugese horeca met elkaar vergelijken zien we dat ze erg verschillend zijn, hoewel ze zich op hetzelfde schiereiland bevinden. De markten moeten dus worden aangepast zodat we de consumenten kunnen overtuigen. Dat is iets waar we op verschillende plaatsen in geslaagd zijn. In België is Metro daar alvast in geslaagd, maar wat Makro betreft zijn we er nog niet”, vertelt Koch aan L’Echo.