Meli overleeft en herleeft na de verkoop van het nostalgische Meli-park

Ze zijn de grootste honingfabrikant van de Benelux, maar hebben geen enkele bijenkorf op Belgische bodem staan. De honing komt van overal ter wereld aan in grote vaten, waarna er laboratoriumtests volgen en het mengen kan beginnen. Philip Cammaert, topman van de honingproducent Meli in Veurne, erkent: “er komt nog weinig romantiek bij kijken”.

Roland Florizoone, zoon van de overleden Meli-oprichter Alberic Florizoone, herinnert zich nog goed hoe hij jarenlang de wereld rondreisde als aankoper en overal bij de grote imkers honing ging proeven. “Nu gebeurt alles via het internet”, geeft Florizoone jammerlijk toe. Zijn familie is nog steeds voor 100 procent eigenaar van het bedrijf.

Wellicht het bekendste uithangbord van Meli – het Meli-pretpark – zijn ze ondertussen al meer dan tien jaar kwijt. Het verlieslatende pretpark dat decennialang een toeristische trekpleister was aan de kust, werd in 1999 verkocht aan Studio 100, die het omtoverde tot Plopsaland.Het Meli-pretpark is ontstaan in de jaren dertig, maar eerder toevallig. Het was meer als bezigheidstherapie voor kinderen terwijl hun ouders honing kwamen kopen bij vader Florizoone. De verkoop heeft de honingproducent echter geen terugval bezorgd, wel integendeel: er is de voorbije jaren geïnvesteerd, geïnnoveerd en vooral heel veel honing verkocht. De omzet van dit jaar zal uitkomen op 27 miljoen euro en dat is 60 procent meer dan de omzet die gerealiseerd werd toen ook het pretpark nog mee in de omzet zat. “We zullen dit jaar 6,2 miljoen kilogram honing verkopen, na al een volumegroei van 17 procent in 2010”, zegt Cammaert. Van de crisis blijkt Meli geen last te hebben.

Moderne aanpak

Wereldwijd zet Meli zo’n 15 miljard bijen aan het werk voor het produceren van al dat zoets. Vooral uit Midden- en Zuid-Amerika komt veel honing naar Veurne. Door de hypermoderne aanpak en de grote volumes die Meli hanteert, vallen de kleinschalige Belgische imkers echter wel uit de boot. Het is namelijk zo dat alle binnenkomende loten honing grondig getest worden op hun zuiverheid in het lab van Meli. Als men al die tests zou moeten overdoen voor de kleine loten uit België, zou dat veel te duur uitvallen.Als gevolg van de krimpende bijenpopulatie, stijgt de honingprijs nu al voor het vijfde jaar op rij. De beestjes hebben zwaar te lijden onder ziektes en de dalende biodiversiteit. De stijging van de honingprijs weerhoudt Meli er echter niet van om zijn vleugels uit te slaan richting buitenland. Dit is dan ook noodzakelijk wil het bedrijf nog verder groeien, want met een Belgisch marktaandeel van 75 procent blijft er nog weinig groeimarge over. Het buitenland – vooral UK, Nederland en Frankrijk – betekent nu al zo’n 40 procent van de verkoop onder het Meli-label.