De G7 heeft zaterdag een akkoord bereikt over de invoering van een universeel minimumbelastingtarief, maar Amazon – één van de geviseerde multinationals – zou daar wel eens kunnen aan ontsnappen. 

Het akkoord dat de G7 deze zaterdag heeft bereikt over een brede internationale belastinghervorming zorgt voor opschudding. Vanmorgen hebben we een interview over dit onderwerp met minister Clarinval gepubliceerd. Een van de uitdagingen van deze wereldwijde belasting, is ervoor te zorgen dat de reuzen van de digitale economie een rechtvaardige hoeveelheid belasting betalen en zichzelf geen oneerlijk voordeel verschaffen. Het algemene beginsel dat door de ministers van Financiën van de G7 is uitgewerkt, is dat landen waar grote multinationals actief zijn maar geen fysieke aanwezigheid hebben, ten minste 20% van hun winst moeten kunnen belasten, indien deze meer dan 10% van de marge bedraagt.

Belastingdeskundigen hebben de maatregel snel onder de loep genomen en het Britse dagblad The Guardian onthult dat Amazon wel eens door de mazen van het net zou kunnen glippen. Waarom? Omdat, hoewel de nettowinst van 's werelds grootste e-commercebedrijf vorig jaar verdrievoudigde tot 8,1 miljard dollar, de winstmarge slechts 6,3% van de omzet vertegenwoordigt en dus onder de drempel van 10% valt.

Is dit echt verrassend? Amazon hanteert inderdaad zeer lage marges om marktaandeel te veroveren, waarbij het zichzelf terugverdient op transactievolume en zwaar herinvesteert. Richard Murphy, een professor aan de School of Management van de Universiteit van Sheffield, vertelde The Guardian dat de winstdrempel van 10% "ongeschikt" is vanwege de zeer verschillende bedrijfsmodellen die bedrijven hanteren.