Twee Quick-restaurants uit Herstal en Wilrijk worden de hele week lang omgedoopt tot ‘Slow’-restaurants. Daarnaast krijgen ze ook een aangepaste baseline: “Eat Quick. Drive Slow”. Op die manier wil de fastfoodketen de vele bewustwordingsacties op het vlak van verkeersveiligheid ondersteunen.

In 2018 telde België meer dan 38.000 verkeersongevallen, met bijna 50.000 slachtoffers tot gevolg. Als gevolg van de uurverandering en het korter worden van de dagen zijn oktober en november de maanden met het hoogste percentage ongevallen: ze zijn goed voor een vijfde van de jaarlijkse verkeersongevallen. Daarnaast wordt 25% van de dodelijke ongevallen veroorzaakt door overdreven snelheid. Dringend tijd dus om daar iets aan te doen. En dat heeft fastfoodketen Quick maar al te goed begrepen heeft. Het bedrijf wil op een ludieke manier de vele bewustwordingsacties op het vlak van verkeersveiligheid steunen die in oktober en november lopen. Daarom zullen twee Quick-restaurants in Herstal en Wilrijk een hele week lang omgedoopt worden tot ‘Slow’-restaurants, inclusief aangepaste baseline: “Eat Quick. Drive Slow”.  

“Het is een symbolische keuze omdat deze twee vestigingen langs grote verkeersaders gevestigd zijn”, vertelt Kevin Derycke, CEO van Burger Brands Belgium. “Zo ligt het restaurant in Wilrijk aan de A12 die Antwerpen en Brussel met elkaar verbindt. Het is een zeer drukke weg met enkele zwarte kruispunten, waar jaarlijks een groot aantal ongevallen valt te betreuren. Ook de snelwegen in de buurt van het Quick-restaurant in Herstal behoren tot de drukste van Wallonië en hebben helaas al te veel ongelukken gekend.”

De symbolische sensibiliseringscampagne loopt nog tot 2 november en zal ook online worden uitgedragen. Zo wordt onder meer het logo tijdelijk vervangen op de Facebookpagina en de Instagramaccount van Quick, net als op de website en in de MyQuick-app. 

“Deze campagne, met een ludieke insteek, betreft wel degelijk een serieus onderwerp, dat ons nauw aan het hart ligt. Daarom willen we het mee onder de aandacht brengen, op onze manier. We hopen dat ze haar vruchten zal afwerpen en dat ze bij de Belgische bestuurders weerklank zal vinden”, besluit Kevin Derycke.