Minister van Consumentenzaken Wouter Beke (CD&V) wil meer controles om na te gaan of producten wel echt zo veel wegen als op de verpakking staat. Nu blijkt dat het nettogewicht op de verpakking in 1 op de 7 gevallen niet overeenkomt met de realiteit. Dat schrijft Het Belang van Limburg.

Het probleem werd enkele weken geleden aangekaart toen een Waalse man na een bezoek aan de supermarkt zijn pakje gehakt nawoog. Volgens de verpakking had de man 305g gehakt gekocht, maar dat bleek in de realiteit slechts 260g te zijn. De overige 45g was afkomstig van de verpakking. Volgens de wet is het nochtans verboden om bij de bepaling van het nettogewicht ook het gewicht van de verpakking mee te tellen. 

Toch is dit lang niet het enige geval waarbij het aangegeven gewicht op de verpakking niet blijkt te kloppen met de realiteit. Vorig jaar werden er volgens Het Belang Van Limburg 956 controles uitgevoerd. Bij één op 7 gevallen werd een inbreuk vastgesteld. “De meeste inbreuken, zo’n 95 procent, hebben te maken met een vastgesteld tekort in de hoeveelheid”, vertelt Bart Tierens, woordvoerder van Wouter Beke, Minister van Consumentenzaken, aan Het Belang van Limburg. “Bij de overige 5 procent gaat het om de aanduiding van de hoeveelheid zelf. Die is bijvoorbeeld niet aanwezig of onleesbaar.” 

Te veel, aldus Wouter Beke, die oproept om meer controles uit te voeren op het gewicht van voedingsproducten. 

Extra controles

Concreet schakelt Wouter Beke de FOD Economie in om een campagne te organiseren die zal focussen op supermarkten en winkeliers die zelf producten voorverpakken. “De wetgeving is weliswaar niet veranderd, maar we willen toch nog even de puntjes op de i zetten”, vervolgt Tierens in de krant. “Die campagne zal gebeuren in samenwerking met federaties van supermarkten en handelaars. Nadien volgen er ook extra controles.” Als winkeliers of supermarktketens betrapt worden op een inbreuk, krijgen ze een waarschuwing of een proces-verbaal. “In 2017 werden naar aanleiding van de controles 79 waarschuwingen uitgeschreven en werden 58 gevallen doorverwezen naar het parket”, aldus Tierens. 

Verstrooidheid en slecht afgestelde weegschalen

Hoeveel gram een product exact mag afwijken van het aangegeven gewicht op de verpakking, is verschillend per product en zelfs per weegschaal. Handelaars en supermarkten die de producten voorverpakken moeten dan ook goed nagaan dat ze die vastgelegde toleranties respecteren. Al gaat het volgens Beke in de meeste gevallen om een menselijke verstrooidheid en willen handelaars dus niet bewust klanten misleiden. “We stellen vast dat fouten vooral ontstaan door verstrooidheden”, zegt Tierens. “Er wordt bijvoorbeeld een ander verpakkingsschaaltje gebruikt, maar men vergeet het juiste gewicht af te trekken van het totaal. Als het toch gaat om kwaad opzet, is dat weliswaar moeilijk te bewijzen.”

Naast verstrooidheid, is een slecht afgestelde weegschaal een ander vaak voorkomend probleem, aldus de krant. Volgens de wet mag de weegschaal er op een product van 500 gram maar 1 gram naast zitten. Bij producten tot 2 kilo is dat 2 gram en voor producten tot 10 kilo zo’n 3 gram. Om te voorkomen dat weegschalen buiten die marges gaan, is een herijking van de weegschaal noodzakelijk. Vroeger gebeurde dat om de vier jaar door de FOD Economie, maar nu is dat de taak van 26 externe firma’s. Al is het uiteindelijk wel de supermarkt of handelaar zelf die de externe firma moet contacteren voor een herijking, weet Het Belang van Limburg. Als dat gebeurt stelt de externe firma de overheid daar via een online databank van op de hoogte, zodat controleurs van de FOD Economie beter kunnen opvolgen welke weegschalen dringend herijkt moeten worden en kunnen ze zo gerichte controles doen.