Na het verdwijnen van Achel is ons land opnieuw een trappistbier armer. Minder dan de helft van de trappistbieren komt vandaag uit België. En de toekomst ziet er niet rooskleurig uit.

Vorige zomer vertrok in het Limburgse Achel de laatste trappistenbroeder. Hij was eind de tachtig en niet meer goed ter been. Omdat er geen opvolger is voor de geestelijke, mag het bier uit Achel niet langer het officiële ATP-label dragen. Om dat label te mogen dragen, moet een bier aan drie voorwaarden voldoen: het moet gebrouwen worden binnen een abdij, door of onder toezicht van monniken en de opbrengsten moeten naar de kloostergemeenschap of naar goede doelen gaan. De voormalige Achelse trappist blijft gewoon gebrouwen worden, maar zal nu gewoon officieus trappist of een abdijbier heten. In ons land zijn er vandaag nog vijf bieren die zich officieel trappist mogen noemen: Chimay, Orval, Rochefort, Westmalle en Westvleteren. Intussen zijn er in het buitenland zes bieren die de titel dragen. Het aantal trappistenbieren in België dreigt nog meer in de verdrukking te raken omdat het aantal geestelijken blijft afnemen. Trappistenbieren zijn enorm populair in ons land. Vaak zijn ze in een mum van tijd uitverkocht.